Hier ben ik alweer, mijn citroentje, aan het schrijven naar jou, terwijl mijn hart vervuld is van verlangen naar een gezegende tijd die nog maar enkele maanden van mij verwijderd is. De maand Ramadhaan.
Wat een heerlijke tijd om naar uit te kijken! Later, in shaa Allaah, zal jij ook ooit proeven hoe zoet deze maand is. Niet vanwege alle zoetigheden waarmee de mensen hun tafels dekken, maar vanwege de zoetheid waarmee de harten dan gevuld worden. Een zoetheid die geproefd wordt doorheen haar lange dagen en haar vredige nachten. Ik kijk er al naar uit om deze periode samen met jou door te brengen. Hopelijk zal ook jij er verliefd op worden zoals ik er ooit verliefd op ben geworden, of zelfs meer dan dat. En hoeveel zaken zijn er waarvan ik hoop dat de zegeningen ervan jou zodanig mogen bereiken, zodat jouw herinneringen eraan zullen zijn als die van een verliefde die aan zijn geliefde terugdenkt.
De Ramadhaan. In een van jouw eerste levensjaren, wanneer je woorden begrijpen kan, wil ik jou tijdens deze maand laten kennismaken met de beste brieven die ooit geschreven zijn. Ik hoop dat je erg gehecht zult zijn aan deze brieven, noch meer gehecht dan aan mijn brieven of die van een geliefde onder de mensen. In de maand Ramadhaan wil ik jou uitnodigen om samen met mij de woedhoe te verrichten, ons lichaam zuiverend van onzuiverheden terwijl zonden als bladeren vallen op de grond. Nadien, als we onze woedhoe hebben voltooid, zal ik jouw kleine handjes een prachtig Boek laten aanraken. Ik wil dat je het met alle tederheid voelt, het aanrakend alsof je net de grootste ontdekking ooit hebt gedaan. Ja, ik hoop dat jouw eerste ontmoeting met dit Boek één van tederheid en liefde zal zijn. Dat jouw ogen versteld zullen zijn van wat het ziet, dat jouw oren zich zullen spitsen om te horen en dat jouw handen zich realiseren wat voor een kostbare schat zij aan het vasthouden zijn. Maar vooral jouw hart, ik hoop dat het jouw hart is dat op dat moment de grootste ontdekking mag doen.
Toen mijn zusjes klein waren, misschien zo’n vier of vijf jaar, vertelde ik hen regelmatig verhalen over de vogels waarover ik jou eerder heb verteld. Iedere keer als ik hen erover vertelde, waren ze zo verbaasd. Hoe wist ik toch over Yoesoef, over Moesaa en over Hajar? Die vraag stelden zij mij steeds opnieuw en iedere keer vertelde ik hen dat het mij werd verteld door Allaah in Zijn Boek, de Qoeraan. Op een dag besloot ik om hen de Qoeraan te laten zien, hen erin te laten bladeren en ik zou er voor hen wat uit lezen. Ze waren echt helemaal onder de indruk.
Vlak hierna vertelde ik hen dat de Qoeraan geopenbaard werd aan de Profeet Moehammad ﷺ tijdens de maand Ramadhaan. Ik vertelde hen hoe hij zich bevond in de grot Hiraa’ toen de Engel Jibriel naar hem toekwam voor de allereerste openbaring. En toen waren ze compleet in de war! Al die tijd dachten ze dat de Qoeraan een rechtstreekse Openbaring was aan mij, en toen ik vertelde dat ik deze Qoeraan in de winkel had gekocht, waren ze helemaal de kluts kwijt. Hoe grappig dat moment ook was, ze hebben mij zoveel onderwezen met hun verbazing. Citroentje van mij, je zult zien dat veel mensen deze Qoeraan inderdaad zullen behandelen als een boek dat ze ‘gewoon’ in de winkel hebben gekocht, behoor niet tot die mensen. Wanneer ik jou tijdens de maand Ramadhaan voor het eerst laat kennismaken met de Qoeraan, hoop ik dat jouw liefde ervoor zo’n hoogte zal bereiken dat je meteen zult inzien en blijven inzien dat dit boek niet zoals elk ander boek gelezen en bewaard kan worden. Het zijn de brieven van jouw en mijn Heer, een werkelijke Openbaring gericht tot eenieder van ons.
Dit Boek is op geen enkele wijze te vergelijken met de andere boeken die we in onze kasten bewaren. Neen, ik wil niet dat je net zoals mijn zusjes in de waan zult zijn dat het boek dat zich dan in jouw handen bevindt, rechtstreeks uit de hemel is nedergedaald. Maar jawel, ik zou wel willen dat je het op zo’n manier aanraakt, leest en bewaart alsof het rechtstreeks vanuit de hemel is neder gezonden speciaal voor jou. Ik wil dat je voelt dat deze woorden voor jou zijn bedoeld. Want, helaas, mijn citroentje, zoveel onder ons zien niet wat voor een schatkist hen geschonken is. Maar wat voor impact zou het op hen hebben, als zij het wel hadden gezien?
Ik hoop het echt zo hard, dat jouw liefde voor de Qoeraan, zal beginnen in de maand Ramadhaan maar ook hoop ik dat de Qoeraan deel zal uitmaken van alle dagen die jouw leven telt. Vanaf die dag, de dag van jouw eerste ontmoeting, zullen we elke dag dat Boek openen om zeker één vers ervan te lezen, in shaa Allaah. Niet zomaar lezen. Neen, wij gaan het vers lezen alsof we op een zoete dadel aan het kauwen zijn. We blijven er zolang mogelijk op kauwen zodat nog meer zoetigheid ons tong verblijden zal. Nadat we het vers gelezen hebben, gaan we erover spreken. Erover nadenken. Erop reflecteren. Ik zal jou erover vertellen, jou van uitleg voorzien, het voor jou gemakkelijker maken om te begrijpen. Samen trekken we er lessen uit, zoeken we de parels erin en gaan we op zoek naar wijsheden die ons leven kunnen versieren.
Elke dag opnieuw hoop ik dat je opnieuw verliefd wordt op dit Boek, omdat je elke dag opnieuw verliefd wordt op een vers ervan. Ayaat die jou zullen herinneren aan jouw Heer en je steeds dichter zullen brengen bij Degene die deze brieven neder gezonden heeft. En weet je wat ik echt hoop – ja, er is veel dat ik hoop voor jou. Ik hoop dat je zult zijn zoals de Qoeraan. Ooit was er iemand die de vrouw van de Profeet Moehammad ﷺ vroeg om zijn karakter te beschrijven. Weet je hoe zij hem beschreef? “Als een wandelende Qoeraan”, zo werd de Profeet ﷺ beschreven. En zo hoop ik dat jij en ik ooit mogen worden, als een wandelende Qoeraan.
Ik wil niet dat je deze brieven gewoon leest om ze gelezen te hebben, ik wil dat je ze wordt. Wat zou een liefhebber doen als hij een brief kreeg van zijn Geliefde waarin Hij beschrijft waar Hij van houdt en niet van houdt. Zou de liefhebber niets anders doen dan te worden waar de Geliefde van houdt en zich weg te houden van dat waar Hij niet van houdt. Uiteraard zou de ware liefhebber zich zodanig storten op deze brieven, het lezend en opnieuw lezend, in de hoop dat het daarin zal vinden wat de liefde van de Afzender voor hem nog groter zal maken. De Profeet Moehammad ﷺ zei dat iemand die de Qoeraan leest en in praktijk brengt, is zoals een citrusvrucht die (vanbuiten) lekker ruikt en (vanbinnen) lekker proeft. Dus daarom noem ik jou mijn citroentje, zodat je zult zijn zoals een persoon die de Qoeraan leest en er ook naar leeft. Sommige mensen hebben dit boek van kaft tot kaft gelezen, werd er gezegd. Maar het is alsof ze er niets van gelezen hebben, omdat ze niets ervan in praktijk hebben gebracht. Dus daarom zeg ik tegen jou, mijn citroentje: wees als een wandelende Qoeraan.
Ik vermoed dat je deze woorden nog vaak uit mijn mond zult horen. Als we wandelen, en in shaa Allaah zullen we veel wandelen, zal ik jou eens vragen: “Vogeltje van me, hoe wandelen we als een wandelende Qoeraan?” En ik hoop dat je me dan zult vertellen over het vers in soera al Foerqaan. En, ik zal je vragen: “Honingbijtje van me, hoe spreken we tot de mensen als een wandelende Qoeraan?” En ik hoop dat je me dan zult herinneren aan het vers in soera Loeqmaan. En wanneer we rondreizen en de aarde aanschouwen, stel ik jou weer de vraag: “Visje van me, hoe denken we over dit alles na als een wandelende Qoeraan?” En dan hoop ik dat jij mij zult wijzen op het vers in soera Ali ‘Imraan. Maar geleidelijk aan, terwijl jij opgroeit in mijn gezelschap, hoop ik dat je opgroeit als een vogeltje, een honingbijtje, een visje, een boompje en ook een citroentje dat stilaan gegroeid is tot een wandelende Qoeraan. En hoe verblijd zou mijn hart zijn met zo een nageslacht.
Vandaag schrijf ik jou weer vaarwel en hopelijk tot gauw. Word gauw verliefd, op de maand Ramadhaan, op de brieven in de Qoeraan, en op alles dat jou dichter brengt bij jouw Geliefde.